Zoek

De Wellse brandtorens

Aan het begin van de vorige eeuw werden grote stukken van de Maasduinen beplant met dennenplantjes. De boompjes moesten mijnhout gaan leveren voor de mijnen in Zuid Limburg. Toen de bomen groot waren en het bos zich gevormd had, was bosbrandbestrijding noodzakelijk. In het Knikkerdorp en op Putjesberg verrezen daarom brandtorens. Ze hadden een hoogte van ca.10 -15 meter met bovenop een overdekt platform, dat bereikbaar was via een rechte ladderconstructie. Bovenin bevond zich een luik. Degene die dienst had was bewapend met een verrekijker en moest vaak uren lang turen of er ergens rook te zien was.

Putjesberg ligt op een markante hoogte van 35 meter boven NAP.

Foto uit 1951. De toren in het Knikkerdorp stond bij de woning van de familie Handrie Deckers-Rutten (nu Kevelaersedijk 2) en was van hout.


 

Smid Jacob en zoon Jan Krebbers van het Moleneind lasten voor Putjesberg een ijzeren brandtoren. Jup Kopczinski wist het nog goed te vertellen. Hij werkte destijds in de buitendienst  bij de gemeente Bergen. De vier betonnen funderingsvoeten waren door Jup gestort en het gevaarte werd naar Putjesberg getransporteerd. Nu moest de brandtoren nog rechtop op de beton geschroefd worden. Het toeval wilde dat er in de omgeving van het Wellsmeer een militaire oefening plaatsvond. Jup regelde dat de soldaten het gevaarte omhoog hesen en zodoende stond de toren van Putjesberg in een mum van tijd op zijn plek. "En 't het de gemeente ok nog niks gekòst", aldus Jup. Boswachter Hommen was er bij met Toon Kopczinski en de gebroeders Jan & Grad Deckers uit Wellerlooi, die de bijnaam "Uulekes" hadden.


 

Het plaatsen van de brandtoren op Putjesberg met uiterst links Boswachter Hommen en zittend op de lange stang is Theo Krebbers, zoon van smid Jacob.


 

1967. Jup Kopczinski was in dienst bij de gemeente Bergen en een van zijn taken was de brandtoren bemannen op Putjesberg. In zomers met aanhoudend warm weer is de natuur kurkdroog en het brandgevaar is dan ook hoog. Jup was een van de mannen die waakten over de Wellse natuur. Van op eenzame hoogte was het vaak uren turen in de verte. Aad van Loenen was in die periode boswachter.


 

 Nadat deze toren geen dienst meer deed om vroegtijdig beginnende brand te ontdekken is hij nog tot einde jaren '80 gebruikt als uikijktoren. Vanuit de metalen brandtoren had men een prachtig uitzicht over de Maasduinen natuur, het Knikkerdorp, het Wellsmeer, de Maas en ook keek men tot ver over de Duitse grens en was menige kerktoren zichtbaar. Deze foto is gemaakt in 1982.  


 

De in verval geraakte toren moest helaas na ca. 30 jaren lang dienst te hebben gedaan worden afgebroken.  De brandtoren was niet meer,  een stuk jeugdsentiment was verdwenen. Want welke Wellse jongen is niet stiekem in de toren geklommen, zonder dat de boswachter het zag?  Het is voorbij!


 

Wat rest is een gedeelte van de fundering.