Zoek

Het ontstaan van Well

Als een kostbaar sieraard aan een kwistig neergeworpen zilveren ketting, zo ligt het lieflijke Well in het groene Maaslandschap.

Toen de mensheid nog een eeuw op Christus' geboorte zou moeten wachten, trokken hier al de Germaanse Belgae vanaf de Rijn naar de gebieden achter de Peel. Hier ging de Romeinse weg van Xanten over de Maas met aansluiting, aan de overkant van de rivier, op de postweg van Nijmegen naar Tongeren. Hier trokken, toen de Romeinse macht was afgebrokkeld, de Germaanse stammen der Franken van het oosten naar het westen.

Gezicht op Well aen de Maese in 1739. Een van de 2 oudste dorpsgezichten van Well dat we kennen. Deze tekening is van de hand van de beroemde topografisch tekenaar Jan de Beijer *24-09-1703 †15-02-1780. 

Eerder tekende Jan de Beijer de Wellse kerk met omgeving in 1737.


Op grond van vuursteenvondsten kan geconcludeerd worden dat er in het Neolithicum, dat is de tijd van 4300 tot 1600 voor Christus, mensen in Well en omgeving hebben gewoond. Ook zijn er in ons dorp sporen gevonden van daaropvolgende culturen. 

De bebouwing langs rivieren (steden en dorpen) ontstaat het eerste in buitenbochten. En al liep de Romeinse heirbaan 2000 jaar geleden ook aan de andere kant van de Maas, ons dorp kwam aan de oostelijke oever te liggen, aan de buitenbocht.

Eeuwen daarvoor ten tijde van de Germanen immers was hier al een oversteek, de verbinding van de Rijn via de moerassige Peel naar het land aan de huidige Noordzee. Ook de Romeinen, aan het begin van onze jaartelling, staken hier de Maas over en kruisten de hierboven genoemde heirbaan. Well lag dus op een viersprong van belangrijke wegen. Well was de Maashaven voor Trajana (Xanten). De goederen, via de Maas aangevoerd naar Well, werden vandaar over de weg verder getransporteerd naar Trajana, aan de Neder-Rijn.

Hier was de oversteek, en een aanlegplaats, de verklaring voor de Middeleeuwse naam Welle. Op een dergelijk belangrijk kruispunt werd ter bescherming altijd een donjon, een versterking gebouwd. Verder bouwde men sinds de kerstening door de Romeinen ook een kerkje aan de Maas, toegewijd aan St. Petrus, de bekende apostel, die visser en schipper was. De heren van Well bouwden op aandrang van de bisschop in de winterbedding van de Maas een zodanige verdedigingstoren van waaruit ze de vitale Maasovergang konden beschermen. De toren groeide uit tot een woontoren, het  begin van ons kasteel dat in de loop der jaren diverse malen werd uitgebreid tot een belangrijke burcht waar veel strijd om werd geleverd.

Een oversteekplaats, een donjon, enkele huizen, een kerkje, … dat is het begin van 'oons dörpke Well'.


 

Zonder de Maas is Well ondenkbaar. 

Het ontstaan heeft  te maken met het feit, dat men hier gemakkelijk de Maas kon oversteken. Dit komt omdat de rivier bij Well een bocht maakt. Hier bij de Wellse bocht, stroomt de Maas niet van zuid naar noord, maar van oost naar west. De stroming van de rivier, in combinatie met de meestal uit het westen waaiende wind, maakte de kans op afdrijven bij een oversteek gering en zo was het altijd al gemakkelijk om met een bootje de Maas over te steken. Daarom kwam hier een overzet- en aanlegplaats: WELL.


 

De ligging van Well is geen toeval.

De onbekenden die in een zeer ver verleden de Maasovergang van Well hebben gesticht, moeten wel met de grootste omzichtigheid deze plek gekozen hebben, hier bij de Wellse bocht in de Maas. Het gevolg van de overzetplaats was dat alle wegen naar Well leiden. Aan de Duitse kant van de grens kan men op veel plaatsen op de bewegwijzering de paats 'Well - Niederlande' lezen. Aan de Peel zijde van de Maas gaan alle grote wegen van oudsher  in de richting van het Wellse veer en na 1954 van de brug. Van over de Peel komen de wegen vanuit Helmond - Deurne en die vanuit Bakel in Venray bijeen, vanwaar ze via Oostrum leiden naar de Maasovergang Well. Ook vanuit Horst gaat via Tienray en Meerlo een weg naar Well. Het dorp Oirlo heeft zelfs een aparte weg hierheen via Wanssum.


 

Panorama op Well, vanaf de Staayerhof in Wanssum op 1 oktober 1897.

De oude kerk stond op het hoogste punt en bleef zelfs met de zeer hoge waterstand van 1926 droog, terwijl de rest van de Grotestraat en de Schoolstraat practisch elk jaar overstroomde.

Op ca. een halve kilometer ten noorden van de Maas ligt het kasteel Well, vroeger was dit de zetel van van de Heren van de Heerlijkheid. De Heerlijkheid Well strekte zich uit vanaf de Heerlijkheid Arcen tot aan de Heerlijkheid Afferden. De oostelijke grens liep vroeger vanaf grenspaal 511 tot aan de grens van de gemeente Arcen bij grenspaal 501. Anders dus dan tegenwoordig in de gemeente Bergen.  


 

Gezicht op Well in augustus 1900, gezien vanaf de plek waar 50 jaar later het zwembad aangelegd zou worden. 


In 1849 beschrijft Abraham Jacob van der AA in zijn 'Aardrijkskundig woordenboek ' het dorp Well als volgt: 

Het dorp Well in Oppper-Gelder, provincie Limburg, aan de grindweg tussen Nijmegen en Maastricht.

Dit is een aanzienlijk en welvarend dorp, telt 235 huizen en ruim 1310 inwoners, die meest in den landbouw hun bestaan vinden; doch men heeft er ook eenige veenderij of turfgrond, waar de inwoners turf maken. Ook hier heeft men eene veelbezochte weekmarkt, des maandags,waarop vooral veel in granen wordt gehandeld.

De inwoners zijn allen R.K. De kerk is een nieuw gebouw met eenen stompen toren en werd den 14. Juni 1844 bij de inwijding aan den H.Vitus toegewijd, De kerk is voorzien van een orgel en drie altaren.

De gemeenteschool wordt door 130 leerlingen bezocht. 

In de nabijheid ligt een kasteel, het kasteel Well geheten, het welk met de onderhoorigheden eene oppervlakte beslaat van bijna 400 bund. , en wordt thans in eigendom bezeten en bewoond door den heer PETER WILLEM baron de LIEDEL de WELL.


 

Dit is de Maas gezien vanaf de huidige Weideweg, in de bocht bij de Mariakapel. 

De veldweg, waar later het zwembad in de Maas lag, werd vroeger de "Weg naar de sluis" genoemd. 


 

Bij raadsbesluit van 29 november 1879 is de Gemeente Bergen verdeeld in vijf wijken. Wijk E was het dorp Well met de gehuchten Wellerlooi, Knikkerdorp, Elsteren, Kamp, Leuken, Heikant en Bosserheide.

Nadat eind 1894 Wellerlooi zich ontwikkeld heeft tot een dorp is aan deze indeling voor Wellerlooi wijk F toegevoegd.

Bij de wijkindeling bestond de adressering van elk huis of ander pand uit een letter (voor Well dus E) met een getal (het huisnummer). Bij de uitbreiding van de dorpen, vooral na 1945, voldeed dit systeem steeds minder. Daarom is dit in 1955 vervangen door de nu nog bestaande straatnaamgeving.

Zie ook pagina plattegrond en straatnamen